Slechts een paar crossen had ze gereden, maar toch mocht Fleur Moors vorige zaterdag aan de start staan op het WK in Amerika. In de beginfase werd ze al meteen genekt door materiaalpech, maar toch werd haar doel werkelijkheid: de cross uitrijden. Veldritnieuws sprak het jonge talent van Pauwels Sauzen een paar dagen na het WK.
Foto van Loetie Photography
Voor de coronapandemie was Moors nog te bespeuren in een andere sport, namelijk in het handbal. Nu, ongeveer twee jaar later, reed ze in Fayetteville mee bij de junioren. De hamvraag is dan duidelijk: vanwaar de switch naar het veldrijden? "Door het coronavirus waren onze trainingen stopgezet. Ik wilde graag in beweging blijven dus ging ik samen met mijn broers veel fietsen. Ik kreeg de microbe voor de fiets volledig te pakken en sindsdien is ze nooit meer weggegaan."
Het talent was er zeker, want je gaat niet zomaar mee naar een WK zonder reden. Als je niet veel ervaring hebt, dan is een eerste wereldkampioenschap een nieuwe start. "Ik heb een hele leuke tijd beleefd in Amerika met het ganse team. Het was een weekje leven als een topsporter. Eten als een prof, trainen als een prof en uiteraard rusten als een prof, het was echt zalig. Over de wedstrijd zelf had ik een heel goede start. Jammer genoeg stak materiaalpech hier al snel een stokje voor. Maar desondanks heb ik toch echt genoten van dat WK. Alleen al meedoen aan die wedstrijd was voor mij een hele ervaring."
Pech hebben of vallen is alles behalve aangenaam, zeker in zo'n belangrijke cross. Als renner kun je gefrustreerd geraken en uit de wedstrijd stappen, maar voor Moors was dat niet het geval, ze bleef positief. "Het eerste wat ik dacht was "neen, ik wil niet stoppen op mijn eerste WK." Een lange afdaling en een klim moest ik al lopend doen. Ik vreesde ervoor uit koers gehaald te worden omdat ik niemand meer in mijn buurt zag rijden. Uiteindelijk heb ik mijn koers kunnen uitrijden en daar ben ik heel blij om."
"De Citadel van Namen vind ik echt een epische cross, deze wil ik zeker later op mijn palmares hebben staan."
Fleur Moors aan Veldritnieuws
Nog maar een paar crossen, maar toch droomt ze van een mooie carrière. "Naast Namen wil ik graag het WK en het EK op mijn naam hebben staan?" Makkelijk zal het zeker niet worden, want dat is een droom van iedere renner.
Of het nu een kampioenschap is of een gewone cross, een aparte voorbereiding had ze niet. "Een speciale voorbereiding heb ik hiervoor niet gedaan, ik heb getraind zoals ik ook doe voor elke andere wedstrijd. Ik heb veel te danken aan mijn trainer, mekanieker, ploeg en de begeleiding van Belgian Cycling. Zij hebben ervoor gezorgd dat alles in orde was, ik heb me de ganse week alleen maar moeten focussen op het hele gebeuren van het WK. Ik had daardoor nog nooit zo weinig stress voor een wedstrijd."
Als jong talent kijk je op naar iemand, en ook voor Moors is dat niet anders. Toen we haar de vraag stelden, kwamen er twee namen uit de bus. "Marianne Vos is mijn grote voorbeeld, haar palmares is zo ontzettend groot. Ze combineert de weg met de cross, en dat maakt het voor mij extra mooi. Ik kijk zeker ook op naar Denise Betsema, ik kan van geluk spreken dat ik bij haar in het team ben terechtgekomen. Als ik haar om hulp of advies vraag, doet ze dit steeds met veel plezier."
Reactie plaatsen
Reacties